Het familieverhaal van koordirigent Meijer Smeer, oorlogsjaren (deel 9)

Verteller: Frits Slicht Frits Slicht
Auteur: Frits Slicht Frits Slicht
Tugelaweg 55 III, Amsterdam, Tugelaweg, Transvaalbuurt

Dina en Semaria en hun dochtertje worden verraden.

Dina Gabay-Smeer en dochter Serica. Collectie: Vera Drilsma-Elzas.

Dina Gabay-Smeer en dochter Serica. Collectie: Vera Drilsma-Elzas.

Alle rechten voorbehouden

Schaap zorgt ervoor dat Dina, haar dochtertje en de helper worden opgepakt. Dina wordt samen met Serica direct naar Westerbork overgebracht. Tegelijkertijd zorgt hij er ook voor dat de SD (Sicherheits Dienst) de ouders van Dina arresteert. Of het nichtje Branca hier ook iets mee te maken heeft, is niet bekend. Meijer en zijn vrouw Branca zitten ondergedoken in een hotel in de buurt van het Centraal Station. Dit was een tijdelijke onderduikplek. Er is wel overwogen om onder te duiken bij een koorlid, maar helaas is dit niet gebeurd. Meijer en Branca worden direct op transport gezet en op 28 januari 1944 in Auschwitz vermoord.
Het dochtertje van Dina komt in Westerbork te overlijden op 28 februari 1944. De urn met haar as is op de Portugeesch-Israëlietische begraafplaats in Ouderkerk aan de Amstel bijgezet. Dina en haar man Semaria maakten deel uit van het laatste transport dat op 3 september 1944 vanuit Westerbork naar Auschwitz vertrekt. Dina wordt op 31 oktober 1944 in Auschwitz vermoord. Van Semaria is bekend dat hij in een werkkamp is terechtgekomen en aldaar (in Midden-Europa) is omgekomen. Volgens Vera is Semaria de enige persoon met een Turks paspoort die is vermoord.
Vera Drilsma-Elzas heeft nog regelmatig contact met de Turkse familie Gabay. Een deel van de familie woont in Frankrijk. Samen met hen heeft zij de begraafplaats in Ouderkerk bezocht om hen de herinneringsteen van Serica te laten zien.

Naast Semaria zijn er tenminste 15 Turkse Joden in de kampen vermoord. De aanvankelijke beschermde status vanwege de Turkse neutraliteit wordt of niet gerespecteerd of ingetrokken. Zo is er al in november 1943 een groep Turkse Joden in Westerbork aangekomen.

Meijer en zijn vrouw hebben de voor hen belangrijke stukken van de eigen inboedel toegevoegd aan de inboedel van hun dochter Dina. Dat moet ergens in Haarlem zijn geweest. Eva Molkenboer-Smeer weet waar alles is opgeslagen. Na de terugkeer uit Zwitserland hebben mijn moeder en haar zuster de opgeslagen stukken verdeelt tot ze zeker weten dat hun ouders en hun jongste zusje en haar gezin de Shoah niet hebben overleefd. Zo is ook de piano van Meijer Smeer bewaard gebleven.

Terug naar de Inhoudsopgave

Alle rechten voorbehouden

450 keer bekeken

Geen reacties

Voeg je reactie toe